1. Borging veiligheid via regelgeving

Er zijn al geruime tijd rolstoelen op de markt die geschikt zijn voor veilig vervoer. Deze voldoen aan de ISO 7176-19 (crashtest) en zijn herkenbaar aan de stickers met het haaksymbool (soms nog met een ISO-sticker). Een ISO-certificering geeft duidelijkheid en wordt daarom met klem geadviseerd.

 

Daarnaast zijn er sinds mei 2021 nieuwe Europese regels (MDR) van kracht voor fabrikanten, aanpassers, distributeurs, etc. van medische hulpmiddelen. Doel is de patiëntveiligheid verder te vergroten en rolstoelpassagiers een zo optimaal mogelijk hulpmiddel te bieden wat aansluit bij de functionele behoefte. De regelgeving geldt voor producten die vanaf mei 2021 nieuw verstrekt of aangepast worden. In sommige gevallen geldt een overgangstermijn.

 

Los van alle regelgeving zal een vervoerder, in verband met aansprakelijkheid, altijd terplekke beoordelen of een rolstoelinzittende veilig vervoerd kan worden. Als dit niet mogelijk is dient het vervoer geweigerd te worden.
Als er bij de indicatiestelling en verstrekking van rolstoelen rekening wordt gehouden met het feit dat een rolstoelpassagier (op termijn) uitsluitend in de rolstoel zelf vervoerd kan worden, zijn er in deze groep naar verwachting niet veel rolstoelpassagiers voor wie invoering van de nieuwe regelgeving tot problemen zal leiden.

 

 

1.1. Hulpmiddelen naar maat

Voor een aantal rolstoelpassagiers is speciale aandacht nodig. Dit betreft de mensen die zijn aangewezen op een hulpmiddel naar maat. Deze hulpmiddelen kunnen vanwege de complexiteit vaak niet crash getest worden. Als de maatwerkrolstoel wel voorzien is van deugdelijke vastzetpunten dan is veilig vervoer over het algemeen wel mogelijk. 

 

Fabrikanten en aanpassers zullen echter (conform de MDR) afdoende oplossingen moeten vinden om deze rolstoelinzittenden toch zo veilig mogelijk te kunnen vervoeren. Dit wordt gedaan door complexe en samengesteld producten, waar nodig via convenanten, alsnog te crashtesten om daarmee te voldoen aan de ISO-norm.

Ook voor mensen in een combinatie van rolstoelonderstel en orthesebovenbouw of zitkuip zijn er oplossingen beschikbaar die het mogelijk maken om veilig met een rolstoel vervoerd te worden. Deze oplossingen zijn ook uitgewerkt binnen de rolstoelbranche (NKH1)-gecertificeerde bedrijven. 
Fabrikanten bekijken steeds onderling hoe zij het bereik van de crashtest nog kunnen uitbreiden. Hierdoor vallen steeds meer complex uitgevoerde rolstoelen binnen de grenzen van de ISO-norm.

 

Blijvend risico hierbij is wel dat onderdelen zoals accu, apparatuur, voorzieningen of uitsteeksels aan de rolstoel kunnen omvouwen c.q. losschieten. Hierbij dient door vervoerders per geval bekeken te worden wat de meest veilige manier is. De situatie van de passagier moet zo veilig mogelijk zijn en ook de veiligheid van medepassagiers en chauffeur moet gewaarborgd zijn. Vervoerders dienen voor deze risico’s voldoende aandacht te hebben en zo nodig maatregelen te treffen.

 


1.2. Overgangsregeling

De nieuwe Europese regelgeving (MDR) geeft voor de lange termijn voldoende borging om iedere rolstoelinzittende op een zo veilig mogelijke wijze te kunnen vervoeren. 
Tot die tijd wordt, voor zover mogelijk, vastgehouden aan de ISO-certificering als dringende aanbeveling. De overgangstermijn die in de vorige versie van de Code VVR (versie 2020) was beschreven wordt losgelaten.
Dit houdt in dat rolstoelinzittenden die geen transfer kunnen maken en die niet in het bezit zijn van een rolstoel die aan ISO 7176-19 voldoet, nog steeds vervoerd kunnen worden, mits dit veilig kan plaatsvinden. 

 

 

1.3. Onveilige rolstoelen

Aan partijen of instellingen die nog steeds mensen vervoeren in verouderde rolstoelen en/of gebruik maken van voertuigen zonder goedgekeurde vastzetsystemen, wordt met klem geadviseerd rolstoelinzittenden niet meer in de bedoelde voertuigen te vervoeren, en rolstoelpassagiers alleen nog te vervoeren als dat kan in crashtestveilige rolstoelen. 
Dit met het oog op zowel de veiligheid van rolstoelinzittenden als medepassagiers en chauffeurs, de eigen aansprakelijkheid, en het feit dat onveilige rolstoelen en ongekeurde vastzetsystemen niet gewenst zijn in het collectieve rolstoelvervoer.

 

[1] Nationaal Keurmerk Hulpmiddelen